Gahlid gaat van 10 tot 16 mei op pelgrimsreis te fiets door Nederland. Hij brengt een boodschap van vrede en broederschap voor alle mensen. We ontvingen dit aangrijpende verhaal als BlijNieuwslezersbijdrage. “Dag lieve mensen. Gahlid Aldelemi is mijn naam. Elf en een half jaar geleden vluchtte ik voor mijn leven uit Bagdad. De terroristen die mij niet konden vinden, vermoordden mijn broer en later mijn vader. Ik vond veiligheid in Nederland. Sindsdien heb ik mijn familie nooit meer gezien en dat doet pijn. In Nederland heb ik alles opgebouwd, ik studeerde en haalde een mbo-diploma en vond een vaste baan en een huis.
In 2012 ben ik alles weer verloren omdat mijn status werd ingetrokken, ik werd ‘geklinkerd’, kwam op straat terecht. Sinds die tijd leef ik van genade en wacht op een uitkomst, nu alweer jaren. Ik heb geleerd hoeveel barmhartigheid er is bij de Nederlanders. Ik houd zo van Nederland, de vrijheid, de mensen, de natuur, de historische stadjes, Limburg, de Friese meren, de cultuur, het koningshuis. Ik heb een hele lieve Nederlandse vriendin en haar geweldige familie heeft me in hun midden opgenomen. Mensen die ik ontmoet zeggen vaak: ‘Van mij mag je hier blijven’. Dat sterkt me en geeft me vertrouwen. Ik heb de smaak van de vrijheid geproefd, iets wat ik nooit kende in mijn land. Ik heb veel contacten en activiteiten en ambities. Ik ben een vogel die niet terug kan in zijn kooi. In het azc voel ik me verlamd.
Ik doe van alles om niet wanhopig of gek te worden, om geestelijk en lichamelijk gezond te blijven. Het is een rauwe constante strijd. Ik blijf actief en doe veel vrijwilligerswerk. Ik werkte bijvoorbeeld bij Taal aan zee en heb bij het Rode Kruis meegeholpen met de Refugee Buddy App voor de nieuwe vluchtelingen en help elke week mee bij de voedselbank in Rotterdam. Ik probeer te genieten van de schoonheid van het leven, van moeder aarde. Deze pelgrimsreis is mijn manier om tot bezinning te komen, geestelijk sterker te worden, emoties te verwerken, mijn vriendschap en dankbaarheid te tonen aan Nederland, in verbinding te blijven.”