Op een zonnige ochtend in april, toen de vogels vrolijk floten en de lucht fris rook
naar lente, stapte de achtjarige Suze het oude stadspark binnen.
Ze kwam er vaak om te tekenen in haar schetsboek en haar lievelingsboom op te zoeken:
een gigantische eik met een dikke stam en takken die zich uitstrekten als armen naar de hemel.

“Hallo boom,” zei ze zoals altijd, terwijl ze haar hand op de ruwe bast legde.
Maar deze keer gebeurde er iets bijzonders.
“Hallo Suze,” klonk een diepe, warme stem.
Suze sprong achteruit, haar ogen wijd open. “W-wie zei dat?”
“Ik ben het, de boom,” zei de stem zacht. “Je komt zo vaak langs.
Ik dacht dat het tijd werd om eens terug te praten.”

Suze’s mond viel open, maar haar hart vulde zich met blijdschap.
Ze glimlachte breed. “Je kan praten?! Hoe dan?”
“Op deze ene dag per jaar — 22 april — geven mensen de aarde extra aandacht.
En dan mogen sommige bomen, hÊÊl eventjes, spreken.”

Suze ging onder de boom zitten en luisterde ademloos terwijl de oude eik vertelde.
Over hoe hij als klein zaadje ooit geplant werd door een meisje zoals zij.
Hoe vogels nestelden in zijn takken, kinderen onder hem speelden en hoe hij
luisterde naar duizend wensen die in de wind werden gefluisterd.

“Maar de laatste jaren,” zei de boom wat zachter, “is het soms moeilijk.
De lucht is viezer. De bijen zijn stiller. En ik mis het gelach van kinderen
die bloemetjes plukken of verstoppertje spelen.”

Suze dacht even na. “Maar dat kunnen we veranderen, toch?
Als iedereen een beetje beter voor de aarde zorgt?”

“Precies,” zei de boom, zijn bladeren ritselend van vreugde.
“Dat is waarom ik vandaag praat. Omdat hoop groeit, net als ik — langzaam, maar zeker.”

Die middag maakte Suze een prachtig plan. Ze begon met het opruimen van zwerfafval in het park.
Ze vertelde haar klas over de boom en over de Dag van de Aarde.
Samen plantten ze bloemen, maakten insectenhotels en leerden over hoe ze de natuur konden helpen.

Elk jaar op 22 april, kwam Suze terug naar haar boom.
Ze legde haar hand op de bast, glimlachte en zei: “Dank je, boom.”

En heel soms — als de wind precies goed stond — hoorde ze hem zacht terugfluisteren:
“Dank je, kind.”

Een mooi verhaal speciaal voor de Dag van de Aarde vandaag!

Blijnieuws van Yvonne
Delen is vermenigvuldigen