Afgelopen zomer werden ruim 135 knuffelberen bewust achtergelaten
in een aantal Nederlandse steden. Dat werd in opdracht gedaan van
een labelmaker. De beren werden op verschillende locaties ‘verloren’
achtergelaten. Op een bankje, in een park, in een speeltuin of bijvoorbeeld
op een station. Dit was om te achterhalen hoe vaak welke steden of van
welke locaties de knuffels zouden worden teruggebracht. Ook werd gekeken
wie de ‘verloren’ knuffels zouden terugbrengen. De labelmaker gaf aan
aangenaam verrast te zijn door het relatief grote aantal teddyberen dat
naar ze werd teruggestuurd. Hieruit kwam naar voren dat de Nederlanders
welwillend en kindvriendelijk kunnen zijn. De vinders gaven aan dat ze de
beren terug stuurden omdat ze zelf eens in een soortgelijke situatie hadden
gezeten en een waardevol voorwerp waren kwijtgeraakt. Kinderen verliezen
gemiddeld negen voorwerpen per jaar. Dat betekent meer dan 20 miljoen
verloren knuffels, dekentjes, kroeltjes of andere dingen waar kinderen aan
gehecht kunnen zijn. Aan verliezen is niks te doen maar dit experiment toont
wel aan dat wanneer er een naamlabel aanhangt de kans dat een vriendelijke
vinder je verloren beer teruggeeft wel zo’n 65% is. Een beetje publiciteitsstunt
was het uiteraard ook. Overigens, de stad die het vaakst een ‘verloren’ beer
terug stuurde was Alkmaar met 70% .
Toch mooi gedaan van die ‘Kaaskoppen’.
BlijNieuws van Yvonne
Delen is vermenigvuldigen. ??
